Het vak van woordvoerder/persvoorlichter kent soms momenten om snel te vergeten. Als vakgenoten kunnen we er allemaal mee te maken krijgen. Achteraf is de conclusie: ‘ahhh dat had ik beter anders kunnen doen’. Dit gold in elk geval voor een kwestie die zich afspeelde in 2016. Een woordvoerder van de gemeente Amsterdam moest naar aanleiding van een cameraoverval van PowNews snel met een taxi naar het stadsdeel Nieuw-West komen om een eventuele mediacrisis te bezweren. Vanaf het moment dat de woordvoerder arriveerde, en door de cameraman gretig werd gefilmd, kwam er geen zinnig woord meer uit zijn mond. Bij elke poging om zich te hervatten, gaf de interviewer hem weinig ruimte. De situatie werd met de minuut genanter. Als je jezelf op dit soort beelden terug ziet, dan wil je het liefste ergens wegkruipen. Aanleiding voor het bezoek van PowNews aan het stadsdeel was een mail die een teamleider had gestuurd naar alle medewerkers, waarin stond dat vrouwelijke baliemedewerkers geen korte rokjes en knielaarzen meer aan mogen trekken. Als zij zich hier niet aan houden, worden ze naar huis gestuurd. Concrete argumentatie ontbrak. De mail werd verstuurd nadat medewerkers bij haar hadden aangekaart dat een collega een heel kort rokje aanhad, waarbij haar billen te zien waren.
Rokjesgate
Op twitter ontstond al snel een inktvlek onder de hashtag #rokjesgate. Veel medewerkers waren het niet eens met de inhoud van de mail. De Centrale Ondernemingsraad Amsterdam liet via Twitter weten dat er klachten over deze mail binnen waren gekomen. De gemeente stelt dat vrouwelijke baliemedewerkers zelf mogen bepalen hoe ze zich kleden. Uitgangspunt is wel: professioneel en representatief gekleed gaan. De politieke partijen D66 en de VVD in stadsdeel Nieuw-West lieten weten vragen te stellen over de mail. Tja, dan zijn de ideale omstandigheden geboren voor een rokjeschandaal waar het hele land van kan meegenieten.
Het zijn momenten dat je niet alleen als organisatie een deuk in je imago oploopt, maar ook als woordvoerder beschadigd kunt worden. Via de sociale media wordt zo’n inktvlek snel groter, journalisten houden van inkt en als vervolgens een politicus een kans ruikt om media-aandacht naar zich toe te trekken, gaat deze zich er ook mee bemoeien. Zo’n cocktail van nieuwswaardige elementen wordt tot de macht drie versterkt door de onduidelijkheid die er heerst over het waarom en het hoe van de mail, tegenstrijdige geluiden vanuit het stadsdeel en het onhandige optreden van meerdere ambtenaren. Voor het grote publiek werd de kop van Jut een woordvoerder van het stadsdeel die kennelijk dusdanig loyaal was naar zijn leidingevende, dat hij besloot om (gezien de tijdsdruk) op heroïsche manier zonder kogelvrij vest de vuurlinie in te lopen.
Journalistiek of entertainment?
Een vraag die we met betrekking tot deze kwestie graag willen stellen, is: in hoeverre is PowNews een journalistiek programma? Als het namelijk een vorm van serieuze journalistiek is, dan zouden de richtlijnen en methodes die in de inmiddels honderden vakboeken worden beschreven moeten voldoen. Datzelfde geldt voor mediatrainingen. Iemand met een beetje ervaring zou zich voor een camera moeten kunnen redden. Ook als de interviewer vervelende vragen stelt. In ons land zijn de meningen hierover verdeeld. Sommigen vinden PowNews fantastisch en sommigen krijgen braakgevoelens. Veel journalisten zien brutale Rutger niet als vakgenoot, eerder als iemand die het vak te schande maakt. Termen als vermaak- of schoftjournalistiek, sensatiezoekerij, rechtsachtig entertainment, journalistainment en naargeestig cabaret geven aan hoe zij er over denken. Volgens ons is het geen vorm van journalistiek, en dat verklaart dat ook een ervaren woordvoerder in de problemen kan komen in zo’n kwestie. PowNews heeft het verhaal dat ze willen vertellen al in hun hoofd. Zij hebben er helemaal geen belang bij om middels nieuwsgaring en de eerlijke feiten dit verhaal te nuanceren, of zelfs hun mening bij te stellen. Vooral beelden moeten dat verhaal ondersteunen op een manier die veel kijkers oplevert. Koren op de molen is dan een beveiliger die een hand op de camera legt, een medewerkster die aarzelend vraagt of de TV-ploeg wil gaan zitten, een directeur die zegt: ‘Rot op’. Denk verder aan hakkelende woordvoerders die geen kans krijgen om wat te zeggen of mensen die denken de camera te ontvluchten zoals destijds Ellen Vogelaar.
Of Sylvana Simons die op bezoek ging bij Cailin Kuit toen deze zich letterlijk had verstopt in haar woning toen publiekelijk werd dat zij gelogen had over het feit dat zij psychiater zou zijn van beroep.
Cabaretjournalistiek
Dan is er ook nog de montagetafel waar uiteindelijk door degene die achter de knoppen zit wordt bepaald wat het publiek te zien krijgt. Natuurlijk blijft de voorbereiding belangrijk. Iemand die een interview geeft, moet weten wat er aan de hand is, waarom het is gebeurd, of er sprake is van verwijtbare fouten of verkeerde inschattingen, wat vervolgens de lessen zijn en hoe deze worden vertaald naar de praktijk. Maar bij cabaretjournalistiek gaan zelfs de best betaalde mediatrainingen of goed bestudeerde handboeken je niet helpen. Je maakt dan alleen een kans als jij je aanpast en meegaat in het spel. Voordat je aan het spel begint, is het vooral de kunst om je eerst in de positie van de cabaretjournalisten te verplaatsen, het verhaal wat ze al hebben bedacht goed in te schatten, en vervolgens een manier te vinden om ervoor te zorgen dat ze geen kans krijgen om juist dat verhaal te vertellen. Wanneer Pow News overal zeer hartelijk zou worden ontvangen, en door een receptioniste zou worden vertroeteld met koffie en positieve aandacht, is de eerste slag voor de programmamakers verloren. Vervolgens was er door de minder vijandige situatie wellicht meer ruimte ontstaan voor de woordvoerder die had kunnen vertellen het beleid ‘professioneel en representatief gekleed gaan’ voor interpretatie vatbaar is. En dat een teamleider een individuele medewerker kan aanspreken op de kledingkeuze. Dat het dus goed was dat de teamleider ingreep in dat individuele geval. Alleen was het wel een fout van de teamleider om een mail met kledingvoorschriften naar iedereen te sturen. Dat zal natuurlijk niet meer gebeuren. En dat alle medewerkers inmiddels via een nieuwe mail van dit beleid op de hoogte zijn gesteld.
Het blijft een lastige opgave, laat dit voorop staan. Want er is veel durf voor nodig en creativiteit. Zonder jezelf daarbij te verliezen moet je de durf hebben om uit je comfort zone te stappen en te gaan ‘mee ouwehoeren’. En lang niet iedereen is voor het cabaret geboren. Het zou helemaal geen slecht idee zijn om commprofs en/of woordvoerders ook op dit soort vaardigheden een geschikte training aan te bieden. Voor degenen die alvast wat inspiratie op willen doen, raden we als voorbeeld aan om het optreden te bekijken van Mark Rutte tijdens de verkiezingscampagne in 2014. Als iemand snapt hoe je hiermee kunt omgaan, is hij het wel.